Nokia 9110 Communicator - Faxvoorblad en verzendopties

background image

Faxvoorblad en verzendopties

Het faxvoorblad bevat drie informatievelden. Zie figuur 9. U kunt de gegevens in
alle voorbladvelden bewerken. In het veld From (Van) wordt altijd automatisch

Figuur 1

Tip: met Forward options (Doorstuuropties) kunt
u precies die pagina’s selecteren die u wilt
verzenden: All (Alle), This page (Deze pagina) of
Pages (Pagina’s). Kies Pages (Pagina’s) om het
eerste en laatste paginanummer in te voeren van de
pagina’s die u wilt doorsturen (bijvoorbeeld 3-5).

Tip: als u op Clear both lists (Beide lijsten wissen)
drukt in het venster met laatste nummers, wordt
alle informatie uit de lijsten verwijderd. Als u een
van de lijsten opent en een relatie selecteert, kunt
u met Create card (Nieuwe kaart) een relatiekaart
voor de relatie aanmaken.

background image

Fax

77

1999 Nokia Mobile Phones. All Rights Reserved.

de informatie ingevuld die is opgegeven in de User data (Gebruikersgegevens)
van de System-toepassing. Zie ”Gebruikersgegevens” op pagina 140.

Als u de faxverzendopties wilt aanpassen, drukt u op Send options
(Verzendopties). Dit zijn de verzendopties: Cover page (Voorblad), Send
resolution
(Verzendresolutie), Logo file (Logobestand), Signature file
(Handtekeningbestand), Begin sending (Beginnen met verzenden), Resend
(Opnieuw verzenden) en ECM. Zie ”Fax-instellingen” op pagina 79. U kunt een
optie wijzigen door deze te selecteren en op Change (Wijzigen) te drukken.

Als u de fax wilt verzenden, drukt u op Send (Verzenden). De fax wordt
overgebracht naar het UIT-vak voor documenten van waaruit de fax zo snel
mogelijk wordt verzonden.